"Van druk-druk-druk naar stilte"
Judith.
Dit is mijn verhaal
Mijn burn-out kwam letterlijk
met een klap.
En toen ging het niet meer
​
Ik rijd op de snelweg en voor me doemt een file op! “Nee!”, denk ik, “niet nog een..”. Maar voor ik het weet staan we stil. Niet alleen ik, maar honderden auto’s om mij heen. Iedere bestuurder kijkt naar links. Want daar rijden de boeren in hun tractoren. Op weg naar hun protest. Af en toe kan ik stapvoets een paar meter verder rijden, maar grotendeels staan we stil. En terwijl we stilstaan gaan mijn gedachten naar afgelopen nacht. Hoe ik in bed lag en mijn gedachten niet meer kon stoppen. Hoe ik dacht dat ik zou doordraaien. Hoe ik stil probeerde te blijven liggen om mijn vriend niet wakker te maken. En hoe ik vanochtend opstond, kapot. Hoe vroeg het was, want ik moest om 7 uur al in de auto zitten; ik had immers rekening gehouden met de file. En daarna gaan mijn gedachten naar het eerste stuk van de autorit, toen ik nog gewoon kon doorrijden. Hoe ook toen mijn gedachten op hol gingen. Hoe ik het idee had de grip te verliezen. En terwijl ik zo aan het denken ben voel ik opeens een klap. Ik schiet naar voren in mijn stoel. De auto achter mij is tegen mij aangereden. In een vlaag van verstandsverbijstering schuif ik langzaam, het tempo van de file aanhoudend, de vluchtstrook op. De vrouw van de andere auto is geschrokken. Ze was zo gebiologeerd naar al die boeren aan het kijken, dat ze niet had opgelet. We constateerden geen schade en ik stapte terug in mijn auto. En toen ging het niet meer. De combinatie van schrik, vermoeidheid en een hoofd dat niet meer stopt met denken, maakt dat ik in huilen uitbarst.
Achteraf is het mooi praten. Nu, anderhalf jaar later zie ik dat mijn toestand in bed en in de auto een paniekaanval heet. Dat ik die gedachtes niet meer kon stoppen omdat mijn hoofd te vol zat. Dat het gevoel van grip verliezen een rode draad zou worden tijdens mijn burn-out. Maar dat wist ik toen nog niet.
Ik besloot mijn weg naar mijn klant te vervolgen en heb als coach die dag nog 3 teams en 2 individuele medewerkers begeleid. En dat ging best goed. Alleen, zodra een sessie klaar was kwam al die druk weer naar boven, voelde ik me zo naar.
​
Aan het einde van de dag was ik op. Ik kon niet meer. Niet alleen ik, maar ook mijn directe collega’s konden op dat moment niet inschatten hoe “ver” ik al heen was, hoe “op” ik al was. Toen ik aangaf dat ik een paar dagen vrij moest nemen omdat ik dacht dat ik wellicht wat te druk was geweest afgelopen tijd, gingen we er allemaal vanuit dat ik binnen een paar dagen weer door kon gaan. Mijn collega’s namen mijn werk niet over want ja, dan zouden we het probleem van drukte alleen maar verleggen. Er moest een structurele oplossing komen, er moest iemand bij komen. Maar dat was, met de wijsheid van nu, allemaal veel te laat. Juist doordat al het werk bij mij werd gelaten, kon ik niet afschakelen. Op dat moment waren al mijn verantwoordelijkheden even belangrijk voor mij: de marketing van ons bureau, de re-integratie begeleiding die ik deed van een collega, het werven en coachen van nieuwe collega’s, mijn eigen ontwikkeling, de acquisitie in de zorg, het programma wat ik samen met twee collega’s had opgericht en, het allerbelangrijkste, mijn vier klanten waar ik, voor mijn gevoel, dag en nacht voor klaar stond. Ik kon niets afstoten. En dat maakte dat ik zelfs in de week vol paniekaanvallen nog door ging omdat ik niets of niemand kon laten vallen.
"Ik kon niets afstoten"
Het giert door mijn lijf
​
Die week ging het van kwaad tot erger. Ik schreef na twee dagen in mijn notitieboekje: “Vandaag ziek gemeld. Sinds maandagnacht druk op borst, beklemmend gevoel. Lichaam weet nu niet met rust om te gaan, jaagt op, wil door. Mentaal doet dat veel; naar gevoel. Twijfel, stress: vicieuze cirkel. De stappen die ik moet gaan nemen: erkennen, ontdekken, uitzoeken, aanpakken, voorkomen. Ik ben bang dat het plotse van fysieke zich ook plots mentaal gaat uiten. Ik ben emotioneel, ik ben op. Kan er even niets bij hebben, van niemand. Het raast, giert. To do lijstjes, druk! Ik leer nu veel. Ik zit in een doe-modus. Gaan, gaan, gaan. Doen, doen, doen. Hoe rust je? Wat is stilstaan? Anderen zeiden: ‘pas je op?’ Maar hoe doe ik dat? Wat moet ik doen? Help! Het giert door mijn lijf.”
Nog steeds als ik die eerste teksten die ik schreef terug lees, krijg ik hetzelfde gevoel in mijn lichaam. Ik voel letterlijk de druk die ik toen ervoer. Ik zou zo graag de persoon van toen willen zeggen dat het goed komt. De adviezen willen geven die ik nu heb. Maar ik weet dat dat niet kan. Net als dat ik nu bij de mensen om mij heen niet kan voorkomen dat ze een burn-out krijgen. Soms moet je er gewoon doorheen, begrijp je pas wat “men” bedoelt als je het zelf ervaart.
En heel eerlijk? Als je het zo bekijkt gun ik iedereen een burn-out. Want hoewel ik het gevoel van toen nog kan voelen, kan ik me bij veel van de gedachten niets meer voorstellen. Nog steeds heb ik wel eens een paniekaanval maar ik weet inmiddels zoveel over mijzelf dat ik weet dat het weer goed komt. Dat ik weet dat mijn lichaam bepaalde signalen niet zomaar geeft. Ik durf erop te vertrouwen dat “alles” goed komt. En dat is een heerlijk gevoel!
“Ik heb gehuild, geschreeuwd en vooral veel geschreven"
Ik hield toch juist van drukte?
​
Maar ja, bij dat gevoel kon ik me toen nog niets voorstellen. In de eerste weken was ik totaal reddeloos. Ik had geen idee wat mij overkwam. Ik heb de huisarts bezocht omdat ik dacht dat het wellicht toch iets fysieks was. Ik heb gesprekken gevoerd met een praktijkondersteuner huisarts. Ik heb stap voor stap al mijn werk overgedragen - en geloof me, dat ging ik eindeloze epistels, want ik wilde geen detail missen -. Ik heb iedere vrijdag opnieuw met een brok in mijn keel contact opgenomen met mijn werkgever om te vertellen dat ik maandag nog steeds niet toe was aan werken. Ik schaamde me, want hoe gênant is het wel niet om te moeten vertellen dat je het niet meer aan kan. Ik heb heel veel in bed gelegen én eindeloze wandelingen gemaakt. Ik zocht afleiding in de vorm van series kijken, want zodra ik even geen afleiding had: whaam! een gierend gevoel in mijn lichaam. Ik heb gehuild, geschreeuwd en vooral heel veel geschreven.
​
​
De oorzaak van het probleem lag niet alleen bij te druk zijn. Het lag bij nooit rust hebben, bij of aan het werk zijn of met vrienden zijn. Het lag bij de context en cultuur op mijn werk. Het lag bij mijn eigen karaktereigenschappen zoals perfectionisme. Het lag bij de rol die ik vaak op mij nam: “ik ga jou/deze situatie redden”. Het lag bij het feit dat ik vooral nadacht en niet kon voelen. Het lag bij veel te veel prikkels krijgen. Het lag bij een aantal grenzen die anderen bij mij zijn overgegaan. Het lag bij zoveel. En dat maakte mijn acceptatie van een burn-out ook zo lastig. Ik vond mijn werk toch leuk? Ik hield toch juist van drukte? Ik had toch veel succes? Ik maakte toch leuke reizen? En die Tesla, die symboliseert toch hoe leuk ik mijn werk vond?
En door dat schrijven kwam ik stap voor stap dichter bij “de kern” van het probleem. En al snel kon ik concluderen dat ik heel wat signalen had gemist.
​
Zo schreef ik na precies een week: “Creativiteit en reflectie. Ik heb daar geen tijd voor genomen. Ik mis ruimte om te groeien. Making up the mind. Ik zat in een doe-modus. Doen, doen doen. Alleen maar door. Wetende dat dat niet lang vol te houden was. En toch gewoon, door! Ik heb heel wat signalen gemist: haaruitval, zere nek, eigen opmerken als ‘het moet anders’, vragen van anderen, zoveel klanten die opmerkingen maakte als ‘wat ben jij toch druk’, moeite om los te komen op vakantie en ga zo maar door”.
"Ik gun iedereen een burn-out"
Pas nu zie ik dat al die losse elementen misschien hebben bijgedragen aan mijn burn-out, maar dat de kern lag bij het totaal negeren van mijn eigen emoties en gevoelens. En dat deed ik niet eens bewust, ik was er gewoon niet van op de hoogte. De afgelopen anderhalf jaar was een reis vol met vallen en opstaan. Ik ben een stuk wijzer geworden en heb kanten van het leven ontdekt die voorheen onbekend waren. Ik ben van rust en stilte gaan houden; ik heb zelfs twee keer een “retraite” genomen. Ik heb langzaam maar zeker weer creativiteit aangeboord en ben gaan dromen. Ik heb mijn baan opgezegd en ben zelfstandig ondernemer geworden. Ik heb eindeloos veel boeken gelezen en heel veel gepraat met mijn omgeving. En ik ben samen met Lenneke BurningWomen. gestart. Omdat we jou gunnen om je niet te schamen. Om dit proces te zien als een reis waarin je heel hard valt, maar waarin je ook een stuk wijzer wordt. Om al die losse oorzaken die er voor zorgen dat jij opeens niet meer door kan gaan te herkennen, erkennen en op waarde te schatten.
Op tijd ingrijpen
Mijn burn-out kwam letterlijk met een klap. Nog altijd als ik in de file rijdt houd ik nauwlettend mijn achteruitkijk spiegel in de gaten. Zodat ik misschien kan toeteren als ik doorheb dat de bestuurder achter mij niet op let. En zo is het ook met mijzelf. Nog altijd houd ik nauwlettend mijn gevoel in de gaten, zodat ik op tijd kan ingrijpen. Maar, net als de auto indertijd, kan ik zeggen dat ik geen schade heb opgelopen en dat ik weer vrolijk door het leven rijd!